Wat moeten wij aan met een kerkwijding van een basiliek in Rome, om daar onze hele zondag aan te geven? Die vraag zouden we ons kunnen stellen bij de viering van kerkwijding van de Sint-Jan van Lateranen, een van de 4 grote basilieken in Rome. Wij vieren immers zelfs niet de kerkwijding van de Sint-Pieter. Goed, de St.Jan van Lat. is de bisschopskerk van de Paus als bisschop van Rome, en vanuit onze verbondenheid met hem...

Toch, dit blijft ver weg, al houden we nog zoveel van onze Paus. En dat terwijl de kerk ons wel prachtige lezingen geeft bij gelegenheid van deze zondag! Want in plaats van een gebouw ver weg, mogen wij deze zondag nadenken... over onszelf. Want zoals Paulus zegt in de 2e lezing: die tempel, die kerk, dat zijn wij zelf.

Het evangelie is dat van de tempelreiniging. Ook die tempel is hooguit interessant als historische tempel, en dat er beesten rondliepen en geld werd gewisseld, ach, dat is leuk om te weten. Maar ook die tempel is meer geestelijk bedoeld: want die tempel die door Jezus gereinigd wordt: dat zijn wij zelf.

Wij zijn zelf tempel van God. Ons lichaam is de tempel waarin onze ziel woont. En in die tempel wil God met ons in contact komen, van ziel tot ziel. Nu is het heel vaak zo, dat wij onze ziel volstoppen met dingen die daar niet thuis horen, althans, die ons verre houden van God. Dat is onze zondigheid, en onze eigengereidheid. Daarmee maken we de deuren van onze innerlijke tempel op slot, en we maken de ramen van ons tempeltje vuil. Door die dichte deuren kan God niet meer bij ons binnenlopen, en door die vuile ramen kan zijn licht niet meer bij ons binnenschijnen. Tempelreiniging? Dat kan alleen maar Jezus zijn, die ons vee -onze hang naar materiele rijkdom- en ons geld -wat dat is weten we zelf maar al te goed- er uit veegt, zodat wij ons lichaam en onze ziel weer kunnen gebruiken waarvoor die gemaakt zijn: als huis van gebed, als middel dus om met God in contact te komen, en om God te eren. Wij zijn Gods tempel? Jazeker, maar pas ten volle nadat Christus ons heeft gezuiverd, als wij in Hem Gods kinderen zijn. Daarvan is dit evangelie uitdrukking: onze doop en onze voortdurende bekering.

Wij blijven in aansluiting daarop op God gericht door heel eenvoudig Jezus zijn gang te laten gaan in ons leven. Dat kunnen we doen door te bidden, thuis en in de kerk, en door de sacramenten te ontvangen. Maar ook door in onze gedachten Hem eigenlijk niet los te laten, nooit niet. Leven als levende tempel Gods wil zeggen: toegewijd leven, leven als gewijde, leven als kerk. Samen met andere mensen op Hem gericht staan, en zo genade ontvangend, en zegen delend. Dat is kerkwijding: dat zijn wij zelf...

Uitdrukking van die toewijding is in de Eucharistie heel bijzonder het moment waarop de offergaven van brood en wijn worden aangedragen. Maar ook onze gaven in de collecte hoort daarbij. U moet weten dat vanuit de eerste eeuwen al deze offergang bestond. Teken van toewijding een God en aan de gemeenschap. Daarom brachten de mensen van thuis -als agrarische cultuur- niet alleen brood en wijn mee, maar ook vlees, groenten en fruit voor de armen en behoeftigen. En zo nodig geld. Maar we zien, dat in de toewijding aan God, ze ook de dienst aan elkaar insloten, als kerk, als gemeenschap. Gaven voor hen die minder hebben. Eigenlijk heel normaal onder christenen. Beseffen wij nog wel, als de misdienaars brood en wijn aandragen, en wij onze muntjes op de schaal gooien, waar dat voor bedoeld is? Het is veel meer dan alleen een ritueel, het is veel meer dan simpelweg geld ophalen. Alles bij elkaar is het teken van ons gemeenschap zijn. Niet alleen van brood en wijn zeggen wij de gebeden: "aan u dragen wij op de vrucht van de aarde, en de wijngaard, het werk van onze handen, maak het voor ons tot brood/bron van eeuwig leven". Van alles, zoals we zijn, wat we delen, maken wij offergave, en zo kunnen we dan ook samen aan tafel met de Heer. Als kerk, als gewijde kerk, als gemeenschap, Volk Gods.

Ik zou hopen dat wij zo ook heel concreet een besef zouden vernieuwen wat kerkwijding is. Wij zijn zelf kerk. Kerkwijding is dan ook: wij als gemeenschap wijden ons aan God toe. In ons dagelijks leven, in onze gebeden, in onze vieringen. En in die vieringen, op een heel concreet moment, offeren wij in brood en wijn en andere gaven... onszelf. Want die levende tempels, dat zijn u en ik. Amen.