×

Waarschuwing

JUser: :_load: Kan gebruiker met ID: 233 niet laden

Indertijd, tijdens het Tweede Vaticaans concilie, is besloten dat er drie in plaats van twee lezingen zouden komen in de zondagse eucharistieviering: één uit de boeken van het Oude Testament, één uit de brieven van de apostelen, en een derde lezing uit één van de vier evangeliën. Dat was een goed besluit. Maar of het beoogde effect werd bereikt, is de vraag. Het beoogde effect was dat in de liturgie het voornaamste van de heilige Schrift gelezen zou worden. Maar of dat bij ons als luisteraars wel zo overkomt, is een heel andere kwestie.
Waarschijnlijk zullen de meesten van ons het lezen van de drie lezingen als een brokkelig en onsamenhangend gebeuren ervaren. Je moet weten dat de heilige Schrift bestaat uit 74 boeken. Het is dus een hele bibliotheek. Daarin staan boeken over geschiedenis, historische romans, levensbeschrijvingen, boeken over wetgeving, gebedenboeken, reisverslagen en brieven die inspelen op plaatselijke gebruiken en misbruiken. En uit al die boeken worden dan drie boeken uitgezocht waaruit op zondag één alinea wordt voorgelezen!
Zouden wij ooit de boodschap van moderne romans verstaan als wij uit drie verschillende romans een halve pagina lazen? Toch doen we dat met de heilige Schrift wel. Ik ben ervan overtuigd dat we de heilige Schrift beter zouden begrijpen als we telkens één boek zouden lezen, desnoods in feuilletonvorm. Dan wordt zo'n boek ook boeiend. Maar hoe dan ook, de bedoeling van het concilie was goed.
Want nadat het lezen van de heilige Schrift aan onze ouders of grootouders werd ontraden, nadat het schoorvoetend werd toegestaan met verlof van de biechtvader, nadat het nuttig, maar niet noodzakelijk werd geacht, wordt nu het lezen van de heilige Schrift als onmisbaar en normaal gezien. En terecht. Wij geloven immers dat die boeken op een speciale manier het werk van de heilige Geest van God zijn. Brieven door Hem geschreven, aan ons geadresseerd, door ons te weinig gelezen. Wij hebben wel een excuus. De Bijbel is al zo oud, de taal ervan zo weinig de onze, zo plechtig, zo onverstaanbaar soms. Misschien zeggen we zelfs: 'Het lijkt wel Grieks voor me'.
Heeft u wel eens gehoord van dat Hollandse meisje dat verliefd werd op een Griekse jongen terwijl ze geen Grieks verstond? Ze kreeg een brief van hem, in het Grieks. Binnen een uur wist ze wat er in die brief stond! Liefde leert een mens zelfs Grieks! Maar als je geen liefde hebt, versta je zo'n brief echt niet. En ik ben een beetje bang dat dat het geval is met de heilige Schrift. Wij verstaan de Bijbel niet omdat we niet verliefd zijn op God. Het valt me op dat ik in liturgieboekjes voor een huwelijk of een jubileum dikwijls een zogeheten eigentijdse lezing zie staan, maar geen lezing uit de heilige Schrift. Dat is toch te gek! Wij zijn toch christenen? Wij geloven toch dat God zelf tot ons spreekt in de boeken van de heilige Schrift? Wij geloven toch dat de heilige Schrift door Hem geschreven is? Dat kun je toch niet zeggen van een eigentijdse lezing? Op de keper beschouwd is het toch uitgesproken grof tegenover God als wij zijn heilige Schrift opzijschuiven voor een gedicht van Toon Hermans of Phil Bosman! Daar zullen Toon Hermans en Phil Bosman het echt mee eens zijn. Niemand zal het toch in zijn hoofd halen een brief van iemand die je heel lief is, ongelezen te laten liggen. Die lees je en herlees je. Die haal je als eerste uit de stapel post, omdat je weet dat iedere letter geschreven is met heel veel liefde en belangstelling voor jou. Een brief is immers een middel tot contact, onmisbaar als je elkaar niet ziet, en toch op een of andere manier bij elkaar wilt zijn, onmisbaar als je van elkaar wilt blijven houden.
Weet u, het zou ons geweldig helpen als wij de heilige Schrift gaan zien als heel persoonlijk geschreven voor ons, door God zelf. Laat dan die taal maar wat plechtig klinken. Dat kan ons dan niets schelen. Want als we zo naar de heilige Schrift luisteren, halen wij er altijd iets voor onszelf uit waarvoor wij dankbaar kunnen zijn.