Vergeving (2010)

Een ander tot inzicht brengen dat hij werkelijk schuld heeft, het is niet gemakkelijk. De natuurlijke reactie bij het krijgen van kritiek lijkt bij ons mensen toch te zijn: uitvluchten zoeken, onze rol in het geheel beperken, de schuld gedeeltelijk of helemaal in de schoenen schuiven van anderen. "Een moeilijke jeugd" is zo'n heerlijke kapstok om onder je verantwoordelijkheid uit te komen. Ik ben wel fout geweest, maar dat lag aan de omstandigheden, op dat moment of in een verder verleden. Zo praten niet alleen Marokkaanse boefjes; het is algemeen menselijk.

In de lezingen wordt door de profeet Natan en door Jezus een techniek toegepast om iemand kritisch naar zichzelf te laten kijken. Het gaat als volgt: uit je beschuldiging niet rechtstreeks, maar vertel een verhaal. Een verhaal dat emoties oproept. En dan kan ineens het kwartje vallen. Zo vertelde Natan aan zijn koning het volgende verhaal: "Er was eens een arme man die maar één schaapje had, waar hij erg aan gehecht was. Naast hem woonde een rijke man met honderden schapen. Die rijke kreeg bezoek, en in plaats van een van zijn eigen schapen te laten slachten voor het diner liet hij het schaapje van de arme slachten om aan zijn bezoek voor te zetten. Koning David, wat zou er met die man moeten gebeuren?". De koning riep uit: "Die man is schuldig en moet ter dood worden veroordeeld". En Natan riep toen uit: "U bent die man". Want de situatie was als volgt: David, die over een hele harem beschikte, had een relatie gekregen met de vrouw van een veldheer, en hij had het zo geregeld dat die veldheer sneuvelde. Batseba, zo heette die vrouw, trad toen toe tot de harem van David. Door de parabel, door het verhaal van Natan kon David als het ware in een spiegel een moment onbevangen naar zichzelf kijken. Hij schaamde zich diep, vroeg vanuit het diepst van zijn ziel om vergeving en kreeg het ook.

Bij Simon de Farizeeër uit het evangelie gebeurt iets dergelijks. Hij vindt zichzelf heel goed en vroom, en mijdt daarom zondaars en slechte mensen. Want dat is in zijn ogen pek waarmee je jezelf besmet. Jezus is in zijn ogen ook slecht, maar hij wil hem wel uitnodigen om hem klem te praten. Jezus heeft voor hem helemaal afgedaan als er een vrouw verschijnt die als slecht bekend staat. Jezus laat zo maar toe dat deze vrouw, die blijkbaar ergens spijt over heeft, met haar tranen de voeten van Jezus wast en ze zalft. Simon vindt ze allebei tuig. Simon walgt zo dat hij niet meer naar zichzelf kan kijken. Hij kan niet zien dat hijzelf tekortgeschoten is als gastheer: hij heeft niet, zoals gebruikelijk was, de gast gekust en hem de voeten gewassen. Simon kijkt hooghartig neer op mensen die hij zondaars vindt.

Jezus kijkt naar hem. Hij vertelt hem een verhaal; u hoorde het, over de geldschieter en de twee mensen die bij hem in het krijt stonden. Degene die het meest werd kwijtgescholden zou het meeste van de geldschieter gaan houden. Parabels zoals deze, van Natan en van Jezus, hebben een open eind. De ander kijkt even in de spiegel en ziet zijn eigen schaduwkant. Maar hoe gaat het dan verder?

Je kunt je wel betrapt voelen en het gevoel hebben dat de ander je door heeft. Maar leidt dat ook echt tot een besef van schuld en tot een vragen om vergeving? Bij David is dat wel zo. Daarom kan hij vergeving krijgen. Maar Simon de Farizeeër is hardleers. Hij zal wel begrepen hebben dat het verhaal ook over hem ging. Maar het wordt hem allemaal te gortig als Jezus de vrouw haar zonden vergeeft. Want in Simons ogen kan alleen God dat. Simon blijft binnen zijn verschansing; hij blijft denken: ik ben een goed mens en Jezus en die vrouw deugen niet. Hoe menselijk, en ook: hoe herkenbaar. Ik weet niet hoe het bij u is, maar ik zie die valkuil wel: kwaad, dat is vooral iets wat anderen doen. Voor jezelf kun je altijd uitvluchten bedenken. Maar het zou zomaar kunnen dat de ander die jou kritiseert helemaal gelijk heeft. Veel daders van seksueel misbruik in de kerk worden nu bijvoorbeeld met hun neus op de feiten gedrukt. Eindelijk kiest de kerk partij voor de slachtoffers. Maar of bij de daders het kwartje echt valt? Je weet het niet.

De vrouw uit het evangelie had Jezus geen kwaad gedaan. En toch huilt zij tranen van spijt. Hoe kan dat? Dat komt omdat vergeving door een mens en vergeving door God twee verschillende dingen zijn. De ene mens kan je vergeven, de ander niet. De ander, die slachtoffer was, kan ook overleden zijn. Of de dader kan overleden zijn. Als er geen vergeving mogelijk is tussen jou en de ander, blijf je als dader zitten met je schuld, met je spijt, met je gevoel dat je de ander ernstig tekort hebt gedaan. Het evangelie drukt uit dat bij God altijd vergeving mogelijk is als de spijt maar oprecht naar voren wordt gebracht. Voor Jezus is de vrouw meer een toonbeeld van geloof dan Simon, die denkt dat hij zo vroom is en zo goed leeft. Jezus zegt tegen de vrouw: "Je geloof heeft je gered; ga in vrede". De vrouw gelooft: zij weet dat bij God, bij Jezus altijd ruimte is voor een oprecht verhaal.

Daarom is er ook het sacrament van de biecht: de priester kan namens God kwijtschelding en vergiffenis schenken aan ieder die werkelijk spijt heeft. Zoals Natan namens God vergeving schonk aan David. Ik zeg wel eens spottend: er wordt niet meer gebiecht omdat de mensen geen fouten meer maken. Maar dat is natuurlijk niet zo. Mensen maken nog steeds fouten. De biecht is wel in onbruik geraakt. Mensen wilden geen dingen meer opbiechten waar ze eigenlijk geen spijt over hadden. Die sfeer hing er wel omheen. We schamen ons nu voor andere dingen dan vroeger. Misschien dat het biechtgesprek weer terug kan komen als van beide kanten, van de priester en de biechteling, de sfeer meer oprecht is en open. Maar ook zonder de biecht en zonder vergeving van de ander die we pijn hebben gedaan kunnen we onze schuld belijden aan God. Ik zie het als een groot goed dat op een gegeven moment bij ons het besef kan groeien: tussen mij en God is het weer goed. Ik kan weer rechtop door het leven gaan. Jezus zegt vaak tegen de zondaars: ga heen en zondig niet weer. Als je echt spijt hebt betuigd en vergeving hebt ervaren, dan geeft dat ook kracht: de kracht om een volgende keer niet in je eigen valkuilen te trappen. De kracht ook om allerlei verleidingen, waarvan je weet dat ze hartstikke fout zijn, te weerstaan.