Royalty's

Het is wat met die koningen van Israël.
Het is ook wat met de koningen van ons eigen landje.

Ik wist niet dat het vorige maandag ‘Koningsfeest' was.
Ik dacht dat het op 15 november nog altijd ‘Dag van de Dynastie' heette. Dit feestje werd blijkbaar in 1866 bedacht door Leopold II, om zijn koningschap wat meer glans te geven.
Het werd gehouden op de naamdag van de patroonheilige van de koning, en gewoon ‘Koningsfeest' genoemd.
Alleen van 1945 tot 1950, toen Prins Karel ‘regent' was en dus geen koning, heette het ‘Dag van de Dynastie'.

Ook de datum was niet altijd dezelfde.
Eerst werd het feest gehouden op 15 november, naamfeest van de heilige Leopold de Goede.
Jaren later, bij de volgende koning, op 26 november, de feestdag van de heilige Albert van Haigerloch. En bij koning Leopold III was het dus opnieuw op 15 november. Koning Boudewijn vond het welletjes. Voor hem mocht het gerust op 15 november blijven.
Ondertussen kwam er uit kerkelijke hoek trouwens een oplossing voor dat voortdurend wijzigen: 15 november is blijkbaar niet alleen feestdag van de heilige Leopold, maar ook die van de heilige Albertus Magnus.

Traditioneel wordt die dag het Te Deum gezongen in de Brusselse kathedraal.
Dit jaar waren alle royalty's aanwezig, de hele koninklijke familie, behalve de koning en de koningin zelf. Zij zullen daar wel een heel goede reden voor hebben gehad. Naar het schijnt is het zelfs de regel dat de koning er niet bij is.
Maar voor mij wekt het toch de indruk van: de mot zit erin, de glans is getaand.
Een koning zonder glans

Ook het feest dat wij vandaag vieren, heet al lang niet meer ‘Feest van het Koningschap van Jezus Christus'.
Sinds het Tweede Vaticaans Concilie heet het officieel ‘Hoogfeest van Christus, Koning van het heelal'. Toen werd niet alleen de naam veranderd, maar ook de datum.
Vroeger viel Christus Koning op de laatste zondag van oktober, de zondag vóór Allerheiligen dus, en sinds 1969 op de laatste zondag van het kerkelijk jaar, de laatste zondag voor de Advent.
Het Christusfeest werd met andere woorden verplaatst van Halloween naar Oudejaarsavond.

Wij doen niet zo aan Halloween, maar met ‘Jezus aan het kruis' kan je toch evenmin van een sfeervolle oudejaarsavond spreken.
Zo een kruis, daar ga je letterlijk aan kapot. Ook Christus Koning lijkt maar een koning zonder glans
Jezus hoort duidelijk niet thuis bij de royalty's. Waarom noemen wij hem in godsnaam Koning? Wat voor een koning is Hij dan wel?
Het blijkt vooral Lucas die, zijn hele evangelie door, dat koningschap van Jezus benadrukt.

Al van in het eerste hoofdstuk, bij de aankondiging van Jezus' geboorte door de engel, schrijft hij: "tot in eeuwigheid zal Hij koning zijn over het volk van Jacob en aan zijn koningschap komt geen einde".
Lucas vermeldt ook ‘hoe' Jezus koning wil zijn, wanneer Hij in de synagoge van Nazareth voorleest uit Jesaja, zijn ‘troonrede': "de Geest des Heren heeft mij gezalfd, om aan armen de blijde boodschap te brengen, om aan gevangenen hun vrijlating aan te kondigen en aan blinden het licht in hun ogen, om verdrukten in vrijheid te laten gaan ... ".
Daarover sprak Jezus. Daartoe zette Hij zich in. Dàt was zijn programma. Dit koninkrijk van God staat voor vrede, trouw, solidariteit en liefde tot het uiterste.

Veel later, als Jezus tegenover Pilatus staat, geeft Hij min of meer toe koning te zijn. "U zegt het", antwoord Hij.
En ten slotte aan het kruis, het stukje dat wij vandaag hoorden in het evangelie.

Als we cynisch zijn, kunnen we natuurlijk zeggen dat, vanaf het kruis gezien, ‘alles' wel een paradijs moet lijken, gelijk hoe het eruit ziet. En dus meteen besluiten dat van het hele programma van Jezus niets in huis gekomen is.
En toch beantwoordt deze ‘Koning aan het kruis' precies aan wat Lucas van Hem verwacht.

Luister, en kijk mee wat er tussen de regels staat:
De ene misdadiger trekt de cynische kaart. Dat is letterlijk een "dooddoener".
Maar in Jezus antwoord aan de tweede misdadiger: "Ik beloof je, vandaag nog zul je bij Mij zijn in het paradijs", breekt meteen Gods vergevende liefde door.

Dit ligt volkomen in de lijn van wat Lucas van Hem verwacht. Jezus kwam niet om zichzelf te redden, Hij kwam voor de redding van de anderen. Tot aan het kruis is Hij daaraan trouw gebleven. Zo is Jezus zoon van David, koning in Gods naam.
Net als bij Jezus ‘troonrede' in de synagoge van Nazareth, zou de evangelist kunnen afsluiten met de woorden van Jezus: "Vandaag is dit schriftwoord in vervulling gegaan".

Jezus is een koning zonder paleis, zonder macht en glorie.
Hij is een 'koning' die zijn hart openzet voor mensen, die zich ophoudt met zieken, armen en mensen die niet meetellen, ja bij het uitschot. Een koning die het wereldse koningschap op zijn kop zet.
Een man die het 'Koninkrijk van God' tot leven wekt. Waar dat rijk komt, zien we de hemel op aarde komen. Een hemel, waar God thuis is in zijn rijk. Zo is Jezus een Koning naar Gods hart. En dat is vast een koningsfeestje waard.

Een bedenking:
De Boekenbeurs is juist voorbij.
Blijkbaar is de bijbel, met 2,5 miljard exemplaren, met kilometers voorsprong nog altijd het meest verkochte boek ter wereld. Jezus mag dan misschien niet thuishoren bij de royalty's, de koninklijke families.
Maar mocht Hij ooit de royalty's, de publicatierechten van zijn Nieuwe Testament opstrijken, dan zou Hij meteen multimiljardair zijn.
Zijn koningschap is echter niet van deze wereld.
Amen.