Zesde zondag van Pasen (2008)

×

Waarschuwing

JUser: :_load: Kan gebruiker met ID: 201 niet laden
Misschien hebt u ook wel eens gekeken naar die tv-serie The Nanny. Nanny is het Engelse woord voor kindermeisje maar in de tv-serie ging het om professionele hulpverleners die ouders komen helpen die grote moeite hebben bij het opvoeden van hun kinderen. Ze komen in gezinnen waarin kinderen vreselijk lastig zijn en zij moeten helpen die onhandelbare kinderen weer in het gareel te krijgen. Het is een vorm van hulpverlening voor de kinderen, maar meestal nog veel meer voor de ouders.
De ouders zijn altijd de eerst aangewezen personen om hun kinderen op te voeden tot gezonde volwassenen. Maar er zijn wel eens probleemkinderen en dan is hulp hard nodig. En soms zijn er probleemouders die om de een of andere reden niet in staat zijn hun opvoedkundige taken goed in te vullen en dan kunnen die nannies, die hulpverleners, veel goeds doen.
Dat er hulpverleners zijn is heel belangrijk, maar even belangrijk is het om hun hulp in te roepen als dat nodig is, om in bepaalde omstandigheden die hulp te accepteren.
Naast het tv-programma over the Nanny is er een andere soortgelijke serie die de titel "opvoedpolitie" heeft meegekregen. Ik vind dat maar een heel ongelukkig benaming.
De politie heeft natuurlijk ook een hulpverlenende taak, maar de nadruk ligt toch op het handhaven van de orde. En de opvoedpolitie moet in een gezin de goede orde herstellen. Orde en discipline zijn in een gezin natuurlijk belangrijk, maar echte hulpverlening is heel wat meer dan even de orde herstellen, maar het vraagt dat de hulpverlener echt hart voor de mensen heeft, en dat hij of zij de gezinsleden leert hart te hebben voor elkaar.
Een spreuk die vorige week ook op de kabelkrant stond, luidt: Opvoeden is een kwestie van liefde, geduld en wijsheid. De laatste twee groeien waar de eerste heerst. En daar zit een heel grote waarheid in.
In het evangelie van vandaag horen we dat Jezus een helper zal zenden. Hij voorziet dat in die grote familie van gelovigen waarschijnlijk de nodige groeistuipen zullen voorkomen, dat er zich allerlei problematische situaties zullen voordoen. Dan is het goed dat er een hulpverlener is, iemand die kan bijsturen, die kan helpen antwoorden op vragen te vinden. Dat geldt ook voor de kerk van Jezus.
Het probleem is echter dat die helper onzichtbaar is en ongrijpbaar. Het gaat immers om zijn Geest, de Geest van de waarheid, die Hij gelovige mensen meegeeft om de juiste weg door het leven te vinden.
Het instituut kerk heeft zich deze Geest een beetje toegeëigend: de leiding weet precies hoe het moet en zij zeggen hoe wij het moeten doen. Ze doet me vaak denken aan die opvoedpolitie, soms ligt er wel erg veel nadruk op kerkelijke orde en discipline.
Je hebt wel eens bisschoppen en priesters die zichzelf zien als een soort supernanny, die denken dat ze de heilige Geest in hun broekzak hebben, en dus precies menen te weten hoe het allemaal moet in die kerk van Jezus.
Maar ook hier geldt die spreuk die ik zojuist vernoemd heb: ook opvoeden in geloven vraagt liefde, geduld en wijsheid. En de laatste twee groeien waar de eerste heerst. En de eerste taak van die helper die Jezus zendt, die heilige Geest, is de verbondenheid tussen gelovige mensen bevorderen, is mensen in beweging zetten naar elkaar toe, om samen de idealen van Jezus levend te houden en waar te maken.
Die heilige Geest, die helper in zijn kerkgemeenschap, kun je niet in regels en waarheden verpakken, en niemand kan hem echt claimen.
Hij is onzichtbaar en toch zie je hem in de vele enthousiaste mensen die, geïnspireerd door de boodschap van het evangelie, anderen een helpende hand bieden, een luisterend oor, een warm hart.
Hij is ongrijpbaar maar je voelt hem zoals je de wind voelt in gewone mensen die iets uitstralen van liefde, zorgzaamheid, vriendschap, zoals Jezus die in zijn tijd uitstraalde naar zijn tijdgenoten toe. En soms herken je iets van hem in sommige officiële kerkelijke hulpverleners.
Maar ook hier geldt hetzelfde als bij de gewone hulpverlening: je moet je wel open stellen voor de hulp van de Geest van Jezus. Hij moet wel de kans krijgen om te helpen. Of zoals een andere spreuk luidt: Als de leerling bereid is, komt de leermeester vanzelf.