2e zondag in de paastijd A - 2014

Zusters en broeders,

Vandaag is het de tweede zondag van de paastijd, en die zondag wordt ook Beloken Pasen genoemd. En ‘beloken’ betekent ‘afgesloten’. Niet dat Pasen voorbij is, maar de paasweek is voorbij, en dat is de week die met Pasen begint en vandaag eindigt. Vandaar ‘beloken’, of ‘afgesloten Pasen’. Maar Pasen is helemaal niet afgesloten, dat merken we heel sterk in het evangelie. Eerst is er Jezus die ineens de verblijfplaats van de apostelen binnenkomt. Hij wenst hen vrede toe, blaast zijn Geest over hen uit en zendt hen de wereld in om zijn woorden en daden van liefde, vrede en vergeving te verkondigen en te beleven. Dan is er Thomas die afwezig was, en die pas wil geloven als hij zelf kan zien dat de man die hen bezocht effectief de gekruisigde en verrezen Jezus is, en niet een of andere charlatan die op zoek is naar goedkoop succes. En een week later roept diezelfde Thomas de mooiste geloofsbelijdenis uit die we kennen: ‘Mijn Heer en mijn God’ noemt hij Jezus. En ten slotte is er de evangelist Johannes die zijn verhaal geschreven heeft - en ik citeer - ‘opdat gij moogt geloven dat Jezus de Christus is, de Zoon van God, en opdat gij door te geloven leven moogt bezitten in zijn Naam.’ En leven bezitten in Jezus’ naam, dat is in Hem geloven en leven naar zijn woorden en daden.

Maar leven naar Jezus’ woorden en daden, en even diepgaand geloven als Thomas, wat houdt dat in in deze tijd? Die vraag doet me denken aan wat paus Franciscus tegen de vijf Vlaamse jongeren zei die hem op 31 maart uitgebreid mochten interviewen en filmen. Op het einde van het interview vroegen ze hem of hijzelf een vraag had voor hen, en ja, hij had er een. ‘Waar is uw schat?’, vroeg hij. ‘Waar is de schat die uw leven zal bepalen? Is dat geld, macht, trots en andere zulke dingen, of is dat goedheid, schoonheid, de wil om goed te doen?’ En die vraag herinnerde dan weer aan wat hij voordien had gezegd, namelijk dat de mens vandaag weggeduwd is uit het centrum van de wereld en van het leven, want in dat centrum zitten nu macht en geld. Er is geen aandacht meer voor jongeren zonder werk, en oudere mensen sterven omdat niemand voor hen zorgt. Dat zei onze lieve paus, en wat hoorden we in het evangelie? Dat Jezus zei: ‘Vrede zij u.’ En daarna zei Hij niet: ‘Trek u niets aan van armen, van zieken, van ouderen’, maar Hij zei: ‘Ontvang de heilige Geest.’ En waar zal die heilige Geest ons bij helpen? Hij zal ons helpen om niet te kankeren, maar te vergeven. Om niet te haten, maar lief te hebben. Om niet te streven naar geld, naar macht en trots, maar naar goedheid, naar schoonheid in onze levenshouding, en naar de wil om goed te zijn en goed te doen.

We weten dat dit niet altijd even gemakkelijk is. We hebben allemaal ons eigen kunnen en ons eigen niet kunnen, ons eigen willen en ons eigen niet willen. En wat de verrezen Jezus aan zijn leerlingen, dus ook aan ons vraagt, is dat we ons willen en ons kunnen op Hem zouden richten. Op zijn woorden en daden van liefde, van vrede, van hulpvaardigheid. Zoals de eerste christenen dat deden. Dat hoorden we in de eerste lezing. Ze waren één van hart en één van ziel, en ze leefden niet alleen voor zichzelf, maar ook voor elkaar. En ze hielpen hen die in nood verkeerden. Zoals Jezus dat had voorgeleefd, en zoals de apostelen dat verkondigden.

Zusters en broeders, is het onmogelijk te leven in Jezus’ naam, naar zijn woorden en daden? Staat Jezus ons daar echt in bij? Hij is verrezen, ja, maar Hij is ook teruggekeerd naar zijn Vader. Is Hij ons dus wel nabij? Wel, als antwoord op die vraag kunnen we best nog eens luisteren naar het begin van het evangelie. Dat klinkt als volgt: ‘Op de avond van de eerste dag van de week, toen de deuren van de verblijfplaats van de leerlingen gesloten waren uit vrees voor de joden, kwam Jezus binnen, ging in hun midden staan en zei” ‘Vrede zij u.’ Je ziet, het is niet alleen Beloken Pasen omdat de paasweek afgesloten is, maar ook omdat die deuren beloken, dus gesloten waren. Maar gesloten of niet, ineens staat Jezus in hun midden, want niets of niemand kan Hem, kan de verrezen Heer tegenhouden. Dat mag ook onze zekerheid zijn: dat Jezus altijd bij ons is om ons bij te staan, om te leven in zijn Naam. Moge dat de kracht zijn van ons geloof. Amen.